warme wol
Nu de herfst zich in al haar prachtige kleuren toont en ons houtkacheltje ’s avonds gezellig brandt, wordt het tijd om ons voor te bereiden op de koude wintermaanden en wordt het tijd voor wol. Ik hou van wol. De postbode bracht Finse wol om voor Finn – hoe toepasselijk – wat truitjes te breien. Wol die geurt naar schaap, heerlijk vind ik dat. Niets synthetisch, niets 50% wol en dan nog wat anders, nee, echte wol, in de kleuren van het schaap: lichtbruin, middenbruin en donkerbruin. Als ik ermee bezig ben, denk ik: winter, kom maar op!
Maar ook de andere kinderen zullen deze winter warmpjes doorkomen. Ik vroeg de Sint alvast om dit jaar wat wollen ondergoed te brengen en in zijn brief uit te leggen dat het voor ons milieu belangrijk is je warm aan te kleden zodat de verwarming wat lager kan. Ik ben er vrij zeker van dat het niet in dovemansoren zal vallen bij de Goedheilige Man. En nee, voor je denkt aan de prikkerige hemdjes die je misschien als kind zelf moest dragen, het wollen ondergoed van tegenwoordig is superzacht en kriebelt niet. Ik heb er heimelijk voor mezelf ook eentje gevraagd voor in mijn schoen. Benieuwd of ik braaf genoeg geweest ben?
Zelfs ’s nachts kruipen we tegenwoordig lekker onder de warme wol. Toen ons donsdeken aan vervanging toe was, wilden we een diervriendelijker alternatief en kozen we voor wol. Een goede beslissing, zo blijkt nu we er al ruim een maand onder slapen. Ook mijn hoofdkussen is van wol [Geert zweert bij zijn boekweitkussen], dus ik val in slaap terwijl ik aan schaapjes denk. En ik hoef ze niet eens te tellen.
Slaap zacht!