hilariteit in bad
Cas en Lena zaten samen in bad.
Cas: ‘Lena, hoeveel voeten heeft een aap?’
Lena: ‘2?’
Cas: ‘Nee, geen, een aap loopt op zijn handen. Die heeft geen grote teen, maar een duim.’
Lena: ‘Mijn grote teen lijkt ook wel een beetje op een duim.’
Cas: ‘Ja, logisch, wij waren vroeger apen.’
Ik: ‘Héél lang geleden, hé, Lena.’
Lena: ‘Jij niet meer, mama?’
Ik, met ingehouden lach: ‘Nee, Lena, ik niet.’
Lena: ‘Opa en oma?’
Ik: ‘Nee, Lena, echt héél, héél lang geleden.’
Cas: ‘Lena, zélfs opa Paul was vroeger geen aap!’
Even later
Cas: ‘Mama?’
Ik: ‘Ja?’
Cas: ‘Nee, laat maar, ‘k ga ’t toch niet zeggen.’
Ik: ‘Waarom niet? Nu maak je mij nieuwsgierig.’
Cas: ‘Oké dan. Wat zijn twee negertjes in een slaapzak?’
Ik: ‘Geen idee.’
Cas: ‘Nen twix.’
Ik lach, maar nog niet voluit. Tot Cas eraan toevoegt:
‘Mama, wat is dat eigenlijk, ‘nen twix’?’