Amandelbiscotti
Mea culpa. Ondanks de belofte om weer wat meer te schrijven lijkt het toch niet zo te vlotten. Niet dat er niets meer te melden is of er niet meer gebakken zou worden. Verre van. Als Finn door heeft dat hij niet naar school moet en het dus weekend is zou hij me de oren van m’n hoofd zagen om te bakken. “Gaan we koekjes maken? Of cake, en taart? Ik zal helpen.” En als je dan even niet oplet is hij de kelder in om bloem, heeft hij de grote pot rietsuiker uit het rek en de boter uit de koelkast gehaald en liggen de eitjes al klaar om te krakken. “Je moet er ook nog zo’n stokje in doen, hé papa”, zegt hij dan wijzend op de vanillestokjes. ” Die ruiken lekker” weet hij al, “maar ik mag dat nog niet, want dat moet met een scherp mes en dan zo sjoef“.
De laatste tijd verschenen dus heel regelmatig koekjes, appel- en marmer-cake en ander lekkers op de tafel. Maar het was wel al een tijdje geleden dat ik nog eens een nieuw recept uitprobeerde.
Dit weekend nam ik dus het ‘500 koekjes-boek’ ter hand op zoek naar een leuk koekje. Marthe wou haar logo-juf bedanken, buurvrouw M. heeft haar enkel gebroken en J. kan je ook altijd blij maken met een doosje koekjes, ook al is ze zelf geen zoetebek.
M’n keuze viel dit keer op de amandelbiscotti. Eenvoudig en lekker.
Dit laat je voor je klaarleggen
- 300 g patisseriebloem
- 200 g (riet)suiker
- 1 tl bakpoeder
- 1/2 tl zout
- 3 eitjes, gekrakt
- de zaadjes uit een lekker dikke vanillestok
- 80 g blanke amandelen
- 30 g chocoladebrokjes
Moeilijk is het niet
Laat de oven voorverwarmen op 150°C. Zet alvast een bakplaat klaar met een bakpapiertje of bakmatje. Gooi alle droge ingrediënten in de mengkom van de keukenrobot en laat die even zachtjes draaien. Krak de eitjes, doe er de vanillezaadjes bij en klop alles mooi los in een kom. Giet dit mengsel voorzichtig bij de nog draaiende droge massa en zie hoe het deeg plots begint te pakken. Doe er nu de amandelen en chocoladebrokjes bij en laat alles nog even draaien. Haal daarna het nog vrij kleverige deeg uit de mengkom en kneed nog even met wat extra bloem op het werkblad. Verdeel over 2 gelijke hoopjes en rol die tot mooie worstjes van om en bij de 25 cm lengte. Leg dit op de bakplaat en bak gedurende een kwartiertje.
Haal ze na 15 minuutjes uit de oven en versnij ze onmiddellijk in sneetjes van een goeie centimeter dik. Schik deze opnieuw op de bakplaat (plat wel te verstaan) en zet alles opnieuw voor 10 minuten in de oven. Nadien draai je de koekjes nog eens snel om op hun andere zijkant en na een laatste 10 minuten kan je ze op een rooster laten afkoelen.
Klaar.
[ smaak: *** | presentatie: *** | bakgemak: **** ]