vrijdag, 9 maart, 2012
Op donderdag gaat Finn maar halve dagen naar school, zodat hij na de middag nog een slaapje kan doen. Hij was dus goed uitgerust en welgezind toen ik begon te koken. Hij wou kijken en helpen, wat zoveel betekende als op het aanrecht mogen zitten en in een handomdraai de cashewnoten opeten die klaar lagen voor in de groentensaus. Enfin, pijnboompitten passen daar ook wel bij, dacht ik berustend.
Toen hij mij een vergiet zag nemen om de bloemkoolroosjes in te doen wou hij dat natuurlijk ook. Een kleiner vergiet voor Finn dus en uiteraard moest daar ook wat bloemkool in, waarop hij enthousiast [voor de show, want hij lust geen bloemkool] becommentarieerde: “Hmm, koolbloemetjes!”
dinsdag, 6 maart, 2012
Cas was vandaag met de fiets naar school en kwam iets later dan verwacht thuis. Toen ik hem vroeg wat er gebeurd was deed hij nogal geheimzinnig. Hij moest eerst eens vlug naar zijn kamer. Daarna mocht ik eventjes niet in de keuken, tot hij riep dat het tijd was voor de verrassing. Op het aanrecht stonden twee kleine doosjes met mooie suikerbloemetjes om cakejes en zo te versieren. Met een klein papiertje erbij ‘bedankt om me te helpen bij mijn toets Frans’.
Hij had maandag een grote toets Frans gehad en het studeren vorige week had enige begeleiding nodig. Nochtans wist hij wel hoe het moest, dat had hij al bij vorige toetsen bewezen, maar deze keer moest ik hem toch wat achter zijn vodden zitten. Grondig studeren, regelmatig herhalen, Frans leren schrijven, het gaat allemaal niet vanzelf. Er kwam gezucht aan te pas en wat peptalk, maar het heeft geloond. Met 26/30 kwam hij vandaag fier naar huis. En om mij te bedanken voor de hulp had hij deze morgen stiekem wat geld uit zijn spaarpot genomen en was hij met de fiets vertrokken. Hij had mij dit weekend langs zijn neus weg gevraagd wat ik het leukste vond in ‘Het uithoekje’, een winkeltje met bakkersproducten in Oosterzele. Ik vond het een rare vraag, maar stond er verder niet bij stil. Na school was hij dus speciaal naar daar gereden om de bloemetjes. Mijn hart smolt natuurlijk bij zoveel attentheid. Als wederdienst werkte ik zonet zijn sokken af, alweer een knuffel verdiend.
vrijdag, 2 maart, 2012
Het ochtendritueel deze morgen ging bijzonder vlot, zo vlot dat we ruimschoots op tijd in de auto zaten op weg naar school. Ik stelde dan ook voor een klein omwegje te maken langs de bambi’s [akkoord ‘een bambi’ is geen diersoort, het zijn gewoon damherten of witstaartherten of zo, maar volgens mij weet iedereen welke ik bedoel].
De weide kwam nog maar ik zicht of Finn riep al uit: “Kijk, mama, ik zie drie ‘barbies’!”
woensdag, 29 februari, 2012
Het is vandaag een week geleden. Al verschillende keren vroeg Geert mij er een stukje over te schrijven, maar wat schrijf je als je lievelingspoes aangereden is? Dat je hem mist en iedere dag aan hem denkt als je het kussen ziet waar hij het liefste op lag? Dat de avonden iets minder gezellig zijn? Dat je de twee andere poezen zou inruilen als je daarmee hem terugkreeg? Dat het niet went, een poes verliezen, ook al ben je groot en weet je dat het maar een dier is. Allemaal waar, maar het verandert niets aan de feiten.
Normaal staat Geert om kwart na zes op en geeft hij onze poezen eten vooraleer de trein te nemen. Vorige week woensdag kon hij dankzij de krokusvakantie met de auto naar het werk. Een beetje langer slapen dus. Toen hij iets na zeven naar de wagen stapte zag hij hem onmiddellijk liggen, aan de zijkant van de weg. Nog slap en warm, met wat bloed uit zijn neus.
De rest van de dag lag hij in een dekentje gewikkeld in de garage. Vooral Finn en ik zijn verschillende keren gaan kijken. Finn uit nieuwsgierigheid [‘Thor leeft niet meer!’, ‘Thor heeft beetje bloed aan mond en neus’, ‘Thor nog aaike geven’], ik omdat ik het moeilijk kon geloven.
Hij is geboren op de dag dat Finn één werd en was onmiddellijk mijn lieveling. Hij had er ook het karakter voor. Niets eigenzinnig of wispelturig poezengedrag, Thor was een poes met een hondenkarakter: aanhankelijk, trouw en meegaand. Overdag het liefst in de keuken op het grijze kussen, ’s nachts op pad om muisjes te vangen, voor hen was hij onverbiddellijk. Bovendien was hij veruit de mooiste poes die we al gehad hebben: zilvergrijs, slank gebouwd, spitse kop en een lange staart, als je hem zag kon je een beetje begrijpen waarom Egyptenaren hun katten verafgoodden.
Het heeft blijkbaar niet mogen zijn. Rust zacht in uw putteke tussen de planten, Thor.
donderdag, 2 februari, 2012
Het vriest dat het kraakt [eindelijk!] en onze jongste telg zit in de zandbak. U leest het goed: IN DE ZANDBAK. Natuurlijk heb ik hem eerst op andere gedachten proberen brengen. Nee, Finn, het is te koud, nee, het zand is bevroren, nee, je kan niet in het zand spelen met wanten. Maar wanten zijn voor watjes, zo lijkt hij te denken. Dus staakte ik mijn verzet en liet hem begaan, in de veronderstelling dat de snijdende kou misschien meer effect zou hebben dan mijn sluitende argumenten. Maar hij blijkt een zoon van zijn vader [Geert grijpt pas rond het vriespunt naar een jas], want in plaats van snel terug binnen te komen vroeg hij aan zijn verbaasde broer en zussen of ze ook niet in de zandbak wilden spelen.
Hij heeft het toch een kwartier volgehouden, onze ijsbeer. Gelukkig doet wollen ondergoed wonderen. En ja, ook de wollen leggings komen deze dagen uit de kast, al hebben we er hier al een rondlopen die dit ‘niet cool’ vindt en nog liever kou lijdt. Ook van zijn vader, zeker?
dinsdag, 17 januari, 2012
De meestgestelde vraag aan ons adres de voorbije week was ongetwijfeld ‘En? Hoe stelt Finn het op school?’ Waarop ik dan voor de zoveelste keer het relaas deed van zijn eerste dagen op de Leefschool.
De school is vertrouwd terrein voor hem, maar toch vreesde ik voor een hartverscheurend afscheid de eerste dagen. En terecht. Een kind dat iedere dag bij mama mocht blijven laat zich dat privilege niet zonder slag of stoot afnemen. Dus trok hij die eerste ochtend alle registers open en heeft hij, zo hoorde ik achteraf, wel een uur gehuild. De andere kindjes waren volgens de juf onder de indruk. Maar toen ze mochten schilderen stopte hij abrupt en wanneer ik hem ’s middags ging halen was hij nog steeds druk in de weer met borstel en verf.
De volgende dag duurde de weerstand gelukkig maar tien minuutjes en sinds donderdag gaat het afscheid vlot en zonder huilen. Een hele prestatie als je het mij vraagt. Desalniettemin verklaart hij bijna iedere dag bij het ontbijt dat hij niet naar school gaat. ‘Ik vandaag thuisblijven, mama, nu zondag zijn.’ Ik negeer die boodschappen wijslijk en van zodra we de klas binnenstappen lonkt de zandtafel en begint hij vol energie putten te graven en bergen te maken. Na de nodige knuffels en kusjes mag ik dan voor een uur of 2 huiswaarts.
Tegen half twaalf rep ik me weer naar school, want voor een peuter die ’s middags nog slaapt is zo’n halve dag vol nieuwe indrukken bijzonder vermoeiend. En vermoeide peuters zijn niet altijd op hun best. Vandaar dat ik op de vraag ‘was het leuk op school?’ soms een nukkige nee als antwoord krijg. Grappig genoeg antwoordt hij na zijn dutje op dezelfde vraag enthousiast ja! En hij speelt de vraag ook door. Zo vroeg hij deze morgen aan Marthe: ‘Marthe, leuk op school? Auto’s gespeeld?’
zondag, 8 januari, 2012
Een nieuw jaar vraagt om goede voornemens, naar het schijnt. Maar het enige concrete voornemen dat hier genomen werd is voortaan zelf yoghurt maken. Heel basic en wellicht een langer leven beschoren dan de meeste voornemens die soms zelfs de maand januari niet overleven.
Sinds vorig jaar zocht ik naar een mooi, niet al te groot, tweedehands yoghurtmachientje en eind december bracht de postbode een heerlijk ouderwetse doos. De foto’s op die doos zouden niet misstaan in mijn moeders gedateerde versie van het kookboek van ‘den boerinnekesbond’. Op rommelmarkten vind je die zeker nog terug. En ja, ook het toestel is echt seventies, maar toch ongebruikt. Zonde eigenlijk, zo’n schoon en handig ding.
Maar hier zal het niet in de kast of op zolder staan verstoffen. De volle en halfvolle yoghurt is al unaniem goedgekeurd, binnenkort probeer ik eens frivolere soorten met vanille, chocolade of diksap. Voortaan begint Finn de dag niet met een beker melk, maar met een potje yoghurt. Geef hem eens ongelijk?
vrijdag, 9 december, 2011
Zelfs voor de komst van de sint doken bomen, sterren en kerstmannen op in het straatbeeld, iets wat vooral bij Lena op grote verontwaardiging kon rekenen. Maar nu sinterklaas en zijn trouwe helper veilig en wel op weg zijn naar Spanje, mag de kerstversiering van de zolder gehaald worden. Al blijft Lena ook dan heel eerlijk in haar reacties.
Bij het optuigen van de boom gisterenavond lieten Marthe en ik ons wat meeslepen door ons enthousiasme. Tot Lena kwam kijken en zei: “Maar mama, stop, hij hangt te vol!” Toen ik vroeg wat ze niet mooi vond, was haar doordachte antwoord: “Ik vind alles wel mooi, maar ’t is gewoon teveel.” Ik heb haar laten beslissen wat er terug uit moest en, toegegeven, hij is nog mooier nu dan eerst. Weglaten is de kunst, een hele wijsheid voor een zesjarige.
Net voor het donker werd zijn we die boom traditiegetrouw met de kruiwagen gaan halen. Het was dit jaar evenwel niet evident. Toen ik de eerste keer ‘op prospectie’ ging bij ‘het boerke’ naast de markt vond ik niet de juiste boom. Niet dat ik bomen met een apart model of twee toppen wil discrimineren, maar je moet er toch vier weken op kijken. Er werd dus even overwogen af te stappen van ons vaste adres, maar na het zien van bomen zonder kluit [zielig!] en peperdure in pot gekweekte bomen keerde ik op mijn stappen terug. Toen we van school kwamen zagen we net een tractor met een nieuwe lading kerstbomen de vierhoekshoeve oprijden en daaruit kozen we een mooi exemplaar. Vanaf nu tot zes januari bij ons te bezichtigen en met dank aan Lena sober versierd.
woensdag, 7 december, 2011
De aanloop naar het sinterklaasfeest is ieder jaar een gezellige periode. Er wordt afgeteld en de believers – nog steeds 3 – zijn ieder vrij moment druk in de weer met tekenen en knutselen. Het speelgoed moet ‘verdiend’ worden. Zelfs de non-believer doet voor de show soms nog mee. Nee, aan de tekeningen zal het zeker niet liggen.
Maar ieder jaar wordt het moeilijker voor de sint om verrassend uit de hoek te komen. Niet dat daarvoor grote cadeaus nodig zijn, helemaal niet. ‘Mooi’ en ‘goedgekozen’ primeren zeker op ‘veel’, want, laat ons daar eerlijk in zijn, ze komen niets tekort. De sint doet het natuurlijk vooral voor de blije gezichtjes na zijn nachtelijke bezoek. Wanneer de kinderen in kwestie zelf zeggen dat ze niet goed weten wat vragen, tja, dan is het aan de goedheilige man om zijn hersenen te pijnigen en alle onuitgesproken wensen goed in te schatten.
En wat toverde hij dit jaar uit de zak? Het werd een combinatie van praktische cadeautjes [altijd gevaarlijk, maar toch, de onze zijn nog steeds blij met een mooie pyjama, speciaal door de sint uitgezocht], wat kijk- en leesvoer en heel veel leuk knutselgerief. Ja, hij was relatief sober dit jaar, geen dozen playmobil en lego deze keer. Maar wanneer je alles voor vier kinderen op een kast samenzet en overgiet met letterkoekjes en speculaas, dan bereik je al snel het beoogde wauw-effect. Missie geslaagd dus. Al waren de clementines dit jaar toch wel op een zeer bijzondere plaats gezet, zo in een donker hoekje van de kelder. Wellicht een grapje van zwarte piet.