Category “huisvlijt”

wolwalhalla

vrijdag, 2 november, 2012

In de herfstvakantie gaan de kinderen meestal een dagje of twee bij opa en oma logeren. Marthe en Lena mochten deze keer ook even van nonkel Peters goede zorgen genieten, dus een dag voor ons tweetjes lag in het verschiet. We zetten dinsdag onze vooroordelen over Antwerpen dan ook opzij en brachten een bezoekje aan twee winkels die al lang op mijn verlanglijstje stonden. Geert liet zich gewillig meetronen naar Mandragora en Julija’s shop en kwam [oef!] even enthousiast buiten als mij.

Mandragora ligt in de schaduw van het Museum voor Schone Kunsten en was wat kleiner dan verwacht. Maar twee kamers propvol natuurkledij, mooi houten speelgoed en een selectie boeken, meer moet dat niet zijn, echt een winkel naar mijn hart. We kwamen ogen tekort. De vriendelijke zaakvoerster liet ons rustig kijken, passen, wikken en wegen en had aan ons een goede klant.

We vervolgden onze weg naar de opengebroken nationalestraat, naar Julija’s shop, een hippe stoffen- en wolwinkel. Geert had zijn twijfels. De stoffen waren inderdaad niet ons ding [te druk, te retro en trendy], maar de wolafdeling deed ons beiden watertanden. Ik zou uren kunnen slijten met kijken, voelen en kiezen. De sfeer was ook daar bijzonder aangenaam. Ondanks de muren vol kleurige wol was het er zeer rustgevend en de vriendelijke bediening maakte het helemaal af.

20121031_breiwol_028De keuze was moeilijk, zoveel sprekende kleuren, zoveel fijne materialen! Maar Geert wist me te overtuigen om een heleboel bobijnen van de récupwol van La Droguerie te kopen. Mooie, ietwat stoere wol met een spikkeltje in, ideaal voor mutsen, sjaals en truitjes voor de kinderen en bovendien zeer prijslijk. Deze 100% gerecycleerde wol wordt gemaakt van oude truien en heeft bijgevolg een eco-label. Ook  bourette-chinée kwam in onze zak terecht, gerecupereerde wol met katoen, linnen en bourettezijde.  De meeste wol kan via de website van julija’s ook online besteld worden, behalve die van la droguerie. Het was dus zeker een trip naar Antwerpen waard.

20121031_breiwol_001Voor mezelf kocht ik nog wat paarse alpaca en lichtpaarse mohair, ook van La Droguerie, om samen een fijn giletje mee te breien. De dure wol van Madelinetosh, blue sky alpacas en spud & chloë werd maar vanop afstand bekeken. Zot van wol betekent niet zot tout court. Aan de mooie merinowol van Malabrigo werd wel nog even getwijfeld, maar ik denk dat ik deze winter voorlopig verder kan.

Wie maalt er nu nog om lange, donkere avonden?

 

tik tik tik

donderdag, 25 oktober, 2012

Met het korten van de dagen steekt mijn breigoesting weer de kop op. Ik dacht nochtans dat het dit jaar anders zou zijn. Een nieuwe liefde heeft me in haar greep; ze heet Bernina en tovert stoffen om in draagbare kledij. Maar oude liefde roest niet, zo blijkt eens te meer.

De wolcatalogus werd plots een BBB, een bijzonder boeiend boek. En met mijn nieuwe bamboe naalden [geen storend getik meer, Geert ook blij] kon ik aan de slag: een sjaal voor mezelf, een trui voor Finn, nog wat sjaals ‘in bestelling’, we gaan er weer tegenaan!

20101017_wol_005Toevallig werd op school ook beslist om niveau 3 en 4 te leren breien. Marthe heeft het al onder de knie, maar ze is één van de weinigen in haar klasgroep. Breien is iets dat blijkbaar niet meer van moeder op dochter overgedragen wordt. Met enkele enthousiaste breimama’s weten we dus wat gedaan, de komende woensdagvoormiddagen. Terwijl de anderen rustig verder werken, komt telkens een klein groepje bij ons ‘in de leer’. Met mooie dikke houten breinaalden en kleurige, zachte wol gaan ze aan de slag. En als ik wol zeg, bedoel ik ook wol. Even overwogen we om prijsbewust wat acrylgaren te kopen in de zeeman of de veritas of zo [ik hield mijn aversie voor synthetische materialen in bedwang], maar na een grondige inspectie van het aanbod en na overleg werd toch gekozen voor wol. Niets voelt beter en natuurlijker dan wol, maar over die liefde heb ik eerder al geschreven.

De eerste breiles was een succes, al valt het mij iedere keer weer op hoe moeilijk al die handelingen voor een beginner zijn. Marthe heeft er ook een paar jaar over gedaan. Na enkele lijntjes was de goesting over en bleef het breiwerk onaangeroerd liggen, tot de volgende winter. Pas deze herfst hoefde ik niets meer voor te tonen, zitten er weinig fouten in en zal er langzaam maar zeker een sjaaltje voor haar beer van de breinaalden glijden.

Lena is duidelijk uit ander hout gesneden. Aangestoken door Marthes verhalen vroeg ze me gisterennamiddag om haar te leren breien. Na een aarzelende start [vooral uit schrik fouten te maken] toonde ze me deze morgen al trots haar eerste lapje. Het zal evenwel niet lang een lapje blijven, want vanavond moest ik een tweede kleur wol bovenhalen en in haar hoofd ziet ze al hoe die twee lapjes met wat vulling en wat knopen een knuffel zullen worden. Natuurtalenten, het is me wat!

Het wordt hier wellicht een gezellige, warme winter.

tips van de molenaar

zaterdag, 29 september, 2012

Niet alleen het bloggen lag een tijdje stil, ook het broodbakken schoot er vaak bij in, zeker in de vakantie. De drukte van vier kinderen, allerlei leuke activiteiten en een andere ritme zorgden ervoor dat het brood op tafel gewoon van de bakker kwam. Bovendien wordt er in de vakantie minder brood gegeten. Zelf ben ik geen grote ‘broterameter’, zoals Finn zo mooi zegt, nooit geweest. Ik was het kind dat zeurde om de restjes van het middageten om op die manier de gewone boterham te kunnen overslaan. En er zijn er hier ten huize die dat overgeërfd hebben.

20120909_bloem_013Maar nu ze allemaal terug op de schoolbanken zitten en ik hen de verschrikking van de schoolmaaltijden wil besparen, heb ik zo ongeveer een brood per dag nodig. Op 3 september startte ik dus met goede voornemens en werd er brood gebakken. Volkorenbrood natuurlijk, maar ik was niet honderd procent tevreden met het resultaat. Het was nogal stevig, nogal compact en dus ook moeilijk fijn te snijden . En ik was niet de enige met bedenkingen: zelfgebakken brood, tot daar aan toe vindt Marthe, maar dikgesneden zelfgebakken brood, terwijl ze naast haar in de refter dun wit brood met choco eten, da’s erover. Dus doe ik mijn best om dat probleem op te lossen, zonder evenwel toe te geven aan wit brood [een lege doos, koolhydraten zonder enige voedingswaarde] of choco [voor in het weekend of af en toe in de vakantie].

Toen ik gisteren meel haalde bij de molen in Schelderode legde ik mijn probleem voor aan de molenaar/bakker, een ietwat norse man die, zo blijkt,  openbloeit als je interesse toont en de juiste vragen stelt. Om hem wat beter te typeren kan ik misschien vertellen wat hij op een A4’tje onder zijn prijslijst gehangen had.

Er stond: tips voor een gezonde voeding:
– zo weinig mogelijk dierlijke eiwitten
– zo veel mogelijk onverzadigde vetten
– zo weinig mogelijk suiker
– zo veel mogelijk VOLKOREN producten gebruiken

Een man naar mijn hart dus. En ook voor mijn broodprobleem had hij de oplossing. Volkorenbrood maken is helemaal niet moeilijk, zo stelde hij, en hij begon omstandig de Poolish-methode uit te leggen. Heel gemakkelijk, maar niet de meest courante manier van broodbakken.

Natuurlijk ging ik ’s avonds al aan de slag om het uit te proberen en maakte ik een voordeeg. 1 kg volkorenmeel, 1 liter water en 3 (tot maximum 5) gram verse gist, meer heb je niet nodig voor dat voordeeg. Alles goed mengen in een kom en die in een plastic zak 3 tot 16 uur laten rusten op kamertemperatuur. De volgende dag verdeel je dat voordeeg in 3, je voegt zout en bloem toe tot je een consistent, maar nog enigszins plakkerig deeg krijgt, je bolt het op, doet het in de vorm en opnieuw in de plastic zak tot het in volume verdubbeld is. Nooit in de buurt van een warmtebron laten rijzen, kwaliteit vraagt tijd, aldus de molenaar. Een andere verrassende uitspraak was dat je niet lang mag kneden, maximum vijf minuten, door te lang te kneden krijg je taai brood. Ja, het was een leerzame uitstap naar de molen. Wanneer het brood genoeg gerezen is bak je het drie kwartier in een oven van 220°C.

Dat was dus de theorie. De praktijk draaide enigszins anders uit: het brood bleef kleverig en rees niet omhoog, maar vloeide uit, een platte koek dus. Ook een tweede en derde poging resulteerde niet in aanvaardbaar brood. De volgende keer toch eens vragen aan de molenaar wat er fout kan gelopen zijn.

20120929_speltbrood_thuis_005Maar ik bleef uiteraard niet bij de pakken zitten en las ergens op een blog over een fantastisch recept voor speltbrood.  klikkerdeklik en daar stond het recept dat ik de volgende dag zou uitproberen. En inderdaad, deze keer kreeg ik mooie, grote, smaakvolle broden. Voor de nieuwsgierigen en de hobbybakkers onder julllie, het recept:

Maak een voordeeg van 50 g speltbloem, 50 g lauw water en 6 g droge gist (of 15 g verse). Laat dit drie kwartier rusten.

20120929_speltbrood_thuis_013Meng 10 g zout, 250 g speltbloem, 200 g speltmeel, 1 lepel honing en 250 g lauw water met dit voordeeg en kneed tot je een elastisch deeg krijgt. Voeg naar believen noten toe en laat rijzen tot het in volume verdubbeld is. Sla het brood plat, bol het opnieuw op en leg op een bakplaat. Laat opnieuw rusten en rijzen. Na 45 minuten op 200°C krijg je heerlijk brood, dat gemakkelijk fijn te snijden is.

Misschien nog ter verduidelijking: bloem is gezeefd meel en is dus wit, meel is volkoren. Eigenwijs als ik soms ben verwisselde ik de hoeveelheid en aangezien ze heel makkelijk rezen zal ik de volgende keren de hoeveelheid meel verhogen.

Smakelijk!

vilt en zo

maandag, 14 mei, 2012

20120426_vilt_004De breinaalden mogen dan al eventjes in de kast liggen, het kwakkelende lenteweer vraagt nog steeds om wol. Finn weigert zijn wollen winterjas in te ruilen voor een fleece, we dragen nog wol-zijden pyjama’s en natuurlijk wordt er nog verder gevilt. Maar vilten is dan ook niet seizoensgebonden [de zin om te breien daarentegen hangt bij mij samen met koude en donkere avonden]; vilten is zo veelzijdig dat er altijd wel een ideetje in mijn hoofd zit. Ik wou Lena op haar lentefeest verrassen met iets speciaals voor op tafel, feestelijk, maar toch eenvoudig.  Het resultaat is een soort rond potje – eigenlijk een opengeknipte bal – waar plantjes of bloempjes in gezet kunnen worden. Het was vooral mooi met de witte saxifraga op het witte tafellaken. En nu, drie weken later genieten we er nog steeds van.

Vilten bij Nicole  is een maandelijks uitje, maar de naaimachine staat thuis en verleidt mij tot het ene na het andere naaiproject. De beginnerslessen waarin we cirkelrokjes en een tricot broekje uitprobeerden liggen al ruim een maand achter ons. De naaimachine stond echter niet stil, zeker niet nu ik met zo’n fantastische Bernina mag werken. Een Jacobbroek en twee boleotassen – met dank aan Van Katoen – een A-lijn rok voor mezelf, een toiletzakje, een smockjurk voor Marthe, een legging, enkele boodschappentassen, … Al probeer ik het naaiwerk ’s avonds te beperken, want hier ten huize wordt het algauw ‘asociaal’ gevonden als ik boven op mijn geïmproviseerde naaikamer zit. Dus is het meer iets voor in de gestolen uurtjes overdag, als al het huishouden aan de kant is en de kinderen nog op school zitten. Nu Finn sinds kort volle dagen naar school mag [want een middagslaapje is blijkbaar voor kleintjes], komt dat er wel af en toe van. Zeker nu het weer niet veel tuinwerk toelaat. En dus wordt het uitkijken naar de tweede reeks ‘naaien voor beginners’.

allemaal aan de rok

donderdag, 5 april, 2012

Ik volg madame zsazsa al een aantal jaren, al moet ik toegeven dat ik haar recepten vaak interessanter vond dan haar naaitips. Wat moet je met een uitleg over naaien als je alleen maar wat met naald en draad overweg kan? Maar sinds ik gebeten ben door de naaimicrobe begon ook daar verandering in te komen. Ze schreef al een tijdje over het groeiproces van haar boek, iedereen was ‘in blijde verwachting’, dus toen lezers via haar blog een gesigneerd exemplaar konden bestellen nog voor het in de winkel lag, was ik daar als de kippen bij. Twee weken geleden zat het in de brievenbus, 128 pagina’s vol kleur, bruikbare patronen, bevattelijke uitleg en naaiplezier. Wat wil een mens nog meer?

Niet te verwonderen dus dat de media erop sprongen. Niet iedereen verkoopt 6.000 stuks op één week, met een naaiboek nota bene! Madame zsazsa is overal, in woord, beeld en klank. En dat laatste valt een beetje tegen. Ik ben al blij dat er geen cd bij het boek zit. Het was sterker dan mezelf, maar haar stemgeluid deed me wat denken aan dat van Annemie Struyf.  Ach ja, je kan niet alles hebben, zeker?

‘Allemaal rokjes’ blijft desalniettemin een aanrader. Ik naaide er al twee, eentje voor Lena en eentje voor mezelf, tekende nog wat patronen door, maar wacht nu het einde van de paasvakantie af om verder aan de slag te gaan. Naaien met vier kinderen in huis, het is geen ideale combinatie, toch niet voor een beginneling. In ieder geval mag het een zwoele zomer worden, er zullen rokjes genoeg in de kast hangen.