Category “tuinsprokkels”

Met dank aan de buurman

zondag, 19 september, 2010

De natuur is bijzonder gul dit najaar. De noten vallen rijkelijk in het gras, de kweepeer gaat – letterlijk – gebukt onder een overvloed aan vruchten en de druivelaar is enkele weken geleden tijdens een windvlaag naar beneden getuimeld. De ranken zijn zo zwaarbeladen dat de spandraden het niet langer hielden, maar gelukkig bleef de schade aan de trossen beperkt. Het leek dus een fantastisch druivenjaar te worden, maar dat was buiten augustus gerekend. Wanneer zon nodig was om ze te laten rijpen, kregen we frisse dagen, regen en wind. En september is ook niet de beloofde warme nazomermaand. Het gevolg is dat de druivelaar mooie, grote, donkere trossen heeft, maar dat de vruchtjes vrij zuur smaken. Ze zien er lekker uit, maar eigenlijk zijn ze het niet echt.

Jammer natuurlijk, want wat is er leuker dan de kinderen druiven ‘uit eigen kweek’ mee te kunnen geven naar school. Maar aangezien ze voor ’s middags boterhammen meenemen naar school en daar altijd wel eentje met confituur bij zit, dacht ik eraan om van die druiven gelei te maken. Ik had het nog nooit zelf geproefd, maar internet leerde mij dat daar recepten voor bestaan. En zo veranderde deze namiddag een volle mand druiven in 11 potjes druivengelei.

20100918_druiven_00620100918_druiven_00520100918_druiven_00820100919_druivengelei_00320100919_druivengelei_00420100919_druivengelei_007

Wat heeft buurman T. daarmee te maken? Wel, eigenlijk is het zijn druivelaar die ook naar onze tuin groeit en met zijn goedkeuring tegen de achterkant van zijn schuur geleid wordt. Zo kunnen we met twee gezinnen van de overvloed genieten. Sympathiek, toch?

herfstblues

zaterdag, 28 augustus, 2010

20091003_kweeperen_005Vorig jaar deed ik al eens uitvoerig uit de doeken waarom ik een ‘zomermeisje’ ben. Ik hou van alle seizoenen, maar van de zomer toch het meest. Nochtans zou ik niet in een land willen wonen waar het altijd warm is. De afwisseling van de seizoenen en het verlangen naar de zomer doen een mens des te meer genieten van de weldadige zon en de lange zomeravonden. Ik laad me dan op om zonder zagen en zeuren regen, kou en sombere dagen te trotseren.

Maar een zomer waarin het niet zomert, daar kan ik behoorlijk humeurig van worden. Let op, we mogen dit jaar niet echt klagen. De zomer begon weliswaar laat, maar juni en juli waren onmiskenbaar warm. Augustus daarentegen, daar valt niet veel goeds over te zeggen. En dat is bijzonder jammer, want daardoor valt mijn herfstblues vroeger dit jaar.

De tuin verandert en schakelt over naar herfstmodus en ook mijn gemoed moet zich daaraan aanpassen. Dat gaat ieder jaar gepaard met wat melancholie, spijt over de zomer die weer te snel voorbij was. Ik moet dan wennen aan het idee dat de herfst er weer aankomt. En ook al kan het nog heel zonnig zijn in september, echt zomerweer is dat niet. Je krijgt geen lange, warme zomeravonden meer cadeau, de donkerte valt vroeger in en brengt een vochtige kilte met zich mee, …

Maar na een tijdje heb ik me verzoend met die herfst [kan ook moeilijk anders met zo’n herfstliefhebber als Geert in huis, die in augustus al mijmert over boswandeling, pompoensoep en warme truien] en ben ik gewoon blij met iedere extra dag mooi weer. Net als mijn wederhelft raak ik dan gecharmeerd door het zachte licht, de mooie kleuren en de prachtige paddenstoelen. Wat dacht u van dit exemplaar dat dichtbij onze dode perenboom in het gras groeide?

20100828_elfenbankje_00120100828_elfenbankje_00320100828_elfenbankje_00420100828_elfenbankje_00520100828_elfenbankje_00720100828_elfenbankje_011

kweeperen

zondag, 11 oktober, 2009

Toen we een paar jaar geleden op zoek gingen naar een nieuw fruitboompje om tussen de bessenstruiken te zetten kwam ik al snel met de kweepeer op de proppen. De vruchten zijn esthetisch misschien niet de mooiste en uit het vuistje kan je ze al helemaal niet eten, toch ik vind ze vormelijk zeer interessant en ze geuren ongelooflijk lekker.

Die geur brengt me terug naar mijn grootmoeder langs moeders zijde, Bomma mochten we haar noemen. We moeten eventjes een goeie 20 à 25 jaar terug. Bomma woonde toen nog in haar huis in de Kerkstraat in Waterland-Oudeman. Langs het poortje aan de rechterzijde kwam je eerst in een bloementuintje met daarachter een pad. Het pad, dat tevens de scheidingslijn was tussen de moestuin van Bomma en deze van de buur, bestond uit gebroken zeeschelpjes en mosselschelpen en was afgezet met lage golvende betonplaatjes. Het liep langs de moestuin met onvervalste poldergrond en langs de boomgaard tot helemaal achteraan bij de kippen- en konijnenren. Dat van die konijnen leid ik af uit de hokken die achteraan de ren stonden, maar voor zover ik me herinner heb ik daar geen konijnen zien rondhuppelen. Aan de zijkant van de ren, in het verlengde van het schelpenpad, stond een merkwaardige boom. Hij boog op een halve meter hoogte 90 graden en groeide zo een heel eind horizontaal door. Vanop die ‘zwevende stam’ sproten scheuten de hoogte in, met aan de takken overheerlijk ruikende kweeperen.

Naar jaarlijkse gewoonte ging ik tijdens de zomermaanden helpen met de ‘grote kuis’. Samen met mijn moeder, nonkel en tante werd dan het hele huis, kelder en ‘stalleken’ incluis, grondig gepoetst. Het was op het einde van een van die schoonmaakdagen dat ik met nonkel P. verzeild raakte in de toen reeds verlaten kippenren. We hadden er om een of andere reden een hele hoop afval (ik vermoed snoeiafval) gestapeld en speelden van ‘vuurkestook’. Toen mocht dat nog. Het vuurkestook ging echter net iets te heftig en voor we er erg in hadden stond de mooie kweeperelaar van Bomma ook in lichterlaaie. We trachtten hem nog te vrijwaren, maar het grootste kwaad was geschied. Toen het vuur gedoofd was zagen we dat een groot deel van de perelaar zwartgeblakerd was. Het zou nooit meer goed komen met de boom, tot grote spijt van Bomma, die wel een boterham met kweepeerconfituur lustte.

Dus uit schuldbesef en een soort ‘Wiedergutmachung’ plantten we drie jaar geleden onze eigen kweeperelaar. Het eerste jaar hadden we welgeteld één peer. Vorig jaar mochten we er een stuk of 10 tellen, wat al bij al niet slecht was in een rampjaar als dat van 2008. Dit jaar had het boompje het echt zwaar te verduren. De rijkswacht zou het wellicht bij 20 houden, maar ik schat dat er zeker zo’n 35 peren in het slechts-een-paar-takken-tellende-boompje hingen. En als je weet dat een kweepeer al gauw een goeie halve kilo kan wegen weet je meteen ook waarom de takken vervaarlijk aan het doorbuigen waren.

Toen ze voor vorig weekend rukwinden en regen voorspelden nam ik het zekere voor het onzekere, haalde mijn laddertje uit de garage en plukte het grootste deel van de oogst. Zo kon het boompje wat op adem komen en was de kans klein dat een rukwind niet alleen de peren maar ook de takken zou beschadigen.

Volgende week zet ik er het mes in en worden ze omgetoverd tot potjes gelei. Lekker voor op de boterham!

20091003_kweeperen_00620091003_kweeperen_00520091003_kweeperen_00420091003_kweeperen_00320091003_kweeperen_00220091003_kweeperen_001

moestuin

dinsdag, 15 september, 2009

blauw_kasteel_scheldewindekeZondag gingen we met het hele gezin naar de opendeurdag in het blauw kasteel. Ja, Scheldewindeke heeft een echt kasteel, of beter, had een kasteel, opgetrokken uit blauwe hardsteen. Vandaag staan alleen nog een zijvleugel en paardenstallen overeind. Maar er was genoeg te zien op de site. Opgravingen legden de grondvesten van het oorspronkelijke 15de eeuwse kasteel bloot. Er werden rondleidingen gegeven doorheen de moestuin en in het bos. Voor de kleinsten stonden er springkastelen in de boomgaard en je kon bij de circusplaneet je acrobaatgehalte testen. Er waren zelfs bio-groenten, kruiden en fruit, vers geoogst uit de moestuin, te koop. En die moestuin, die was om van te watertanden. Ruim, goed onderhouden en met een grote variatie aan groenten.

Toen wij negen jaar geleden – jawel, direct na de aankoop – aan ons tuinplan werkten, werd er uiteraard een plaatsje voorzien voor een moestuin. Helemaal achteraan, achter een taxushaagje, met een kruidentuintje aan de ene kant en de gerecupereerde bessenstruiken van Martha, de vorige bewoonster, aan de andere kant. Onze ouders hadden ook een moestuin, dus het was voor ons een evidentie dat we groenten uit onze eigen ‘hof’ zouden oogsten. Maar als kind geniet je gewoon van al het lekkers uit die groentetuin, zonder dat je stilstaat bij het vele werk dat daaraan voorafgaat. Na enkele jaren tuinieren wisten we wel beter: als de groenten groeien, groeit het onkruid even hard. En onkruid wieden in onze vruchtbare, maar zware grond is niet echt een lachertje. Kortom, het moestuinplan werd voor onbepaalde tijd in de koelkast gestopt, gras werd uitgerold en een speeltoren vervangt nu spinazie, ui en kool. De bessenstruiken bleven natuurlijk staan, net als de rabarber, en ze kregen zelfs nog gezelschap van heerlijke frambozen en bosbessen. Want wat is er leuker dan in de boomhut huisje spelen en je eten zelf plukken?

Eigen groenten werden dan maar vervangen door een abonnement op een pakket biogroenten bij de natuurwinkel vlakbij. We leerden nieuwe soorten waarderen: rammenas, raapstelen, winterpostelein, aardpeer, koolrabi, … Maar ook de bij ons minder geliefde soorten zoals rapen, pastinaak en snijbiet doken regelmatig op in het pakket. Maar toen de natuurwinkel naar Oosterzele verhuisde hebben we ons abonnement opgezegd.

Nu, anderhalf jaar later, beginnen we die lekkere biogroenten toch te missen. Het eenzijdige aanbod in de supermarkt zit daar natuurlijk voor iets tussen. Altijd dezelfde soorten, terwijl er nog zoveel andere lekkere groenten bestaan. Toch maar weer een groentepakket bij de natuurwinkel, nu rechtover de school van de kinderen? Of op woensdag in diezelfde natuurwinkel biogroenten kopen bij Ivan van De Patisson, een sympathiek groentewinkeltje uit Balegem?

Dat de kinderen soms vreemd opkijken als ze vragen wat we eten, dat nemen we er graag bij. Enkel door te proeven leer je nieuwe smaken kennen en waarderen. Zoals vandaag. Lena trok haar neus op toen ze hoorde wat we aten: couscous met ratatouille en groenteburgers. Maar aan tafel zei ze verrast dat niet alleen haar burger lekker was, maar ook die ‘bubbeltjes’ gemengd met haar groentesaus. En haar bordje was in 1-2-3 leeg. En daarvoor sta ik dus met veel plezier een uurtje in de keuken.


hoog bezoek

dinsdag, 25 augustus, 2009

Komend weekend is het weer ‘Europese nacht van de vleermuis’. Vorig jaar zijn we, ’t is te zeggen ik, Cas en Marthe en Nonkel P., voor die gelegenheid naar de turfmeersen in Moerbeke getrokken om er een avondwandeling van Natuurpunt bij te wonen. Het werd een leuke uiteenzetting voor jong en oud over de verschillende soorten vleermuizen die we in onze contreien tegen het lijf lopen. Daarna trokken we de meersen in, gewapend met ‘batdetectoren’, op zoek naar hun schuilplaatsen. Zo leerden we dat ze leven in holle bomen, oude schuren, bunkers,… maar door de doorgedreven renovatie en vooral ventilatie van de stallen voldoet een groot deel van hun rustplaatsen niet meer.

20090824_vleermuisverblijf_003Om de diertjes een handje te helpen kan je zelf een verblijfplaatsje in elkaar timmeren. Op een blauwe maandag, in afwachting van Finns komst, probeerde ik m’n ongeduld te onderdrukken door in het tuinhuis enkele oude zolderplanken op te diepen. Zonder veel plan zette ik er de ’tsjef-zaag’ in, ramde er wat oude nagels doorheen en vees het geheel met enkele oude koperen vijzen aan ‘de muur van de gebuur’. ‘Et voilà’, mijn goede daad voor de dag was alweer vervuld.

Zonder plan mag je bij deze opvatten als: er was niks uitgetekend, maar ik wist wel hoe het er moest uitzien. Je bouwt een rechthoekig doosje van ongeveer 20 bij 35 cm op een langere onderplank (om en bij 60 cm). Bovenaan maak je een dakje en onderaan maak je een gleuf van een duim dik (2,54 cm of iets daaromtrent). Je gebruikt best ongeschaafd en onbehandeld hout, hierdoor vergiftig je de diertjes niet en aan de ruwe planken kunnen ze zich makkelijker te slapen hangen. Monteer vervolgens het ‘bouwsel’ op een plek waar de vleermuizen makkelijk kunnen aanvliegen. Door het vrij hoog te hangen geef je hen de mogelijkheid om zich snel te laten vallen en zo op zoek te gaan naar voedsel.

Het heeft even geduurd, maar vorige week heb ik toch bedrijvigheid opgemerkt aan de keet. Hoera !

20090824_vleermuisverblijf_004Ben je ‘gebeten’ door de beestjes, lees dan op de site van natuurpunt alles over de komende activiteiten. Ons vind je zaterdagavond, als het tenmiste niet regent,  alvast hier.

Fauna en flora in Scheldewindeke en omstreken

maandag, 6 juli, 2009

We zijn zo’n tien jaar geleden op zoek gegaan naar een huisje ‘op den buiten’. Tot dan huurden we een ‘appartementje’ in Gent, midden in de kuip trouwens. Maar aangezien we beiden onze jeugd doorbrachten met de natuur die ons omringde wilden we ook graag voor onze kinderen een natuurlijke/natuurrijke omgeving waar ze hun kinder- en jeugdjaren kunnen spenderen.

We proberen ze ook een beetje actief te betrekken bij de fauna en flora die ons omringen. Daarom gaan we af en toe wandelen. Dit kan een wandelingetje zijn van een half uurtje door de velden achter ons huis, of een uitgestippelde route van een paar uur door een of ander bos. We proberen in onze tuin ook wat ‘wildlife’ aan te trekken. Daarom plantten we ook bloemen en struiken die vlinders aantrekken. Hebben we een houtwalletje waar muisjes in wonen (vorige week is er echter eentje omgekomen na een fatale ontmoeting met Findus). Hangt er aan Toons hangar sinds kort een vleermuizenrustplaats (daarover later nog wel eens meer). Vind je nestkastjes in de bomen en wordt ’s winters het voederhuisje van stal gehaald en worden nootjes en zaadjes in de bomen gehangen.

20090700_losse_beelden_01120090700_losse_beelden_01220090700_losse_beelden_01320090700_losse_beelden_00820090700_losse_beelden_01820090700_losse_beelden_019

Ooit ondernamen we een poging om meer amfibieën en reptielen te lokken, maar wellicht doordat er in de nabijheid geen grachten of poelen zijn lukte dit niet echt. Groot was mijn verbazing dan ook toen ik zaterdag tijdens het snoeien van de haag plots iets voor m’n voet zag springen. Het bleek een mooie bruine kikker te zijn. Toen ik hem even meenam naar het terras ging hij gretig van hand naar hand als ware het een pasgeboren kindje. Hoe lief, heeft hij al een naampje? Bruintje of Plons, ze kwamen er niet echt uit. Maar hij werd wel veilig achtergelaten aan de houtwal waar hij zich kon verstoppen voor het geval Findus weer op jacht zou zijn.

20090700_losse_beelden_017Als we ‘op tocht’ gaan trachten we de kinderen ook iets bij te brengen over de natuur. Er wordt al eens een plantje uit de grond gerukt om te tonen hoe die eikel nu eigenlijk een boom wordt. We halen een stuk rotte schors van een boomstam om er reuzepissenbedden te ontdekken. Dringen binnen op een bouwwerf voor een bussel zaaddozen van de papaver. Springen een (klein) gat in de lucht om terug te landen met een handvol ‘helikopterkes’. Leren hen dat, als je het zaadje eruit haalt, het vleugeltje perfect dienst kan doen als milieuvriendelijk sieraad, om je vervolgens geheel belachelijk te maken door met vijf stuks op je oren/neus als een lokale Shrek langs de botsauto’s van de plaatselijke kermis te passeren.

Wellicht de start van m’n midlifecrisis.

Nieuw leven steekt overal de kop op

woensdag, 20 mei, 2009

Niet enkel wij waren in volle verwachting van nieuw leven, ook rondom ons werd uitgekeken naar nieuwelingen alom. Bij sommigen duurt dat wel heel lang, zoals bij Phyo Phyo die welgeteld 22 maand moest wachten op Kai-Mook.

Tijdens de verbouwing – ondertussen ook al 9 jaar geleden – maakten we op een verloren winterdag ‘en masse’ vogelhuisjes van de zoldervloerplanken, ‘Engelse dakpannekes’ en lood. Enkelen onder jullie zullen destijds ook wel eentje ontvangen hebben als cadeautje bij een etentje. In onze tuin hangen er 2: eentje aan de vijgenboom, naast de keuken, en eentje aan de linkse grote perenboom. Het is in dit nestkastje dat we al verschillende jaren op rij pimpelmeesjes ( je weet wel, de vogeltjes op de kadertjes bij Billie en Bollie) mogen verwelkomen. Ook dit jaar was er al snel veel bedrijvigheid en sinds enkele weken piept het jonge grut dat het een lieve lust is. Plichtsbewust vliegen papa en mama mees af en aan met heerlijke lekkernijen. Dit weekend zagen we de eerste kopjes af en toe aan het ‘raampje’ verschijnen. Vandaag waren ze blijkbaar zeer hongerig, want ze verdrongen elkaar om door het gaatje uit te schreeuwen dat ze eten wilden. Kijk zelf maar.

20090519_pimpelmeesjes_00120090519_pimpelmeesjes_00420090519_pimpelmeesjes_00320090519_pimpelmeesjes_002

Een paar jaar geleden hebben we ooit zo’n donsding uit de klauwen van onze poes kunnen redden. Om hem niet op te zadelen met een ongelukkige jeugd beslisten we hem op internaat te sturen naar het vogelopvangcentrum in Merelbeke, waar hij in veiliger oorden volwassen kon worden.

Hopelijk mogen ze dit jaar vrolijk en vrij onze tuin ontdekken. We hebben alvast een nieuwe trapeze in de hazelaar gehangen.